Dubbelklik hier om uw eigen tekst toe te voegen.
Een vijfde pagina over, van en voor de liefde met liefde geschreven en gedeeld met liefhebbers van Liefde.
MG
Verliefd worden, verliefd zijn,
de mooiste gevoelens, fijn.
Opnieuw verliefd worden,
dansende frivole akkoorden.
Om het gevoel te ervaren,
de rust proberen te bewaren.
Na iedere liefde, zal de volgende,
zich aandienen, de aankomende.
Een liefde verliezen geeft verdriet,
vraagtekens waarom zij jou verliet.
De vraag blijft bestaan, waar je op stuit,
de onmacht, het antwoord blijft uit.
Je volgende liefde loopt rond, is geboren,
zoek in de goede hoek, wie is uitverkoren.
Dikwijls zoeken we in de verkeerde richting,
kijk dichtbij, ver zoeken is geen verplichting.
De drang om weer de kriebels te voelen,
is dat de vlinderbuik die ze bedoelen.
Begint dan alles overnieuw, verleden gewist,
of toch stiekem die ander die je nog mist.
MG
Onze sporen in de sneeuw kraakten,
zo vers, zo zacht waar wij haar raakten.
Winterkleding hield de koude buiten,
in de vroege stilte hoorden wij ze fluiten.
Zingen eigenlijk, zo puur op die morgen,
het ontwaken en foerageren zonder zorgen.
Ook wij, zorgeloos aan het genieten,
daar waar wij realiteit en sleur achter lieten.
Hand in hand, die ochtend wandeling,
vanuit die blokhut was een hele verandering.
Daar sprokkel ik hout, kloven om jou te verwarmen,
jij 's avonds onder de plaid, veilig in mijn armen.
Samen het leven en de natuur herontdekt,
kilometers bos, voor ons uitgestrekt.
Wit begraven, coördinatie is complex,
tellen, markeren, niet op pad als reflex.
Verdwalen is makkelijk in een besneeuwd bos,
de zachtere ondergrond, herkenbaar door het mos.
Dat zachte groene mos, waar wij de liefde bedreven,
heeft ons nu al meerdere malen de weg terug gegeven.
MG
De tafel rond, gevuld met vriendinnen,
een flesje witte wijn, ogen die dwalen.
De gedachte van zussen zal wel falen,
de samenstelling, zal opnieuw beginnen.
Kort, lang, blond en brunette, gezelligheid,
oogcontact, hun zoektocht naar aandacht.
Een ander tafereel die de link bracht,
elkaar veel te vertellen, waren de band kwijt.
Kort, vond ineens mijn ogen, mijn aandacht,
genoeg aan dit moment, mijn fantasie.
Wel sterk het gevoel dat ik je nog eens zie,
jouw aanwezigheid allen was al een pracht.
Bemerkte dat ik werdt besproken, gedeeld,
op lang na, was inmiddels de tafel gedraaid.
Brunette keurde, een glimlach, verdraaid,
niet wetende wat er aan hun tafeltje speelt.
MG
Ik rolde de deken weer op,
een riem die haar omarmde.
Zij lag voor ons die dag op top,
bovenop het mos waar zij verwarmde.
Het vochtige bos werdt zo acceptabel,
onze warme lippen die elkaar streelden.
Vrijen in de natuur maakt lust variabel,
waar liefdevol minnen, wonden heelden.
Opgeladen, weer hand in hand terug,
verliefde ogen, schuin, die prikten.
We staarden naar de wolken op onze rug,
terwijl mijn adem stokte naast jou, bijna stikte.
MG
Het viel anderen op bij mijn entree,
van bijna brutaal naar heel gedwee.
Bij mijn weerzien veranderde jouw gedrag,
of wellicht beter te zeggen, overstag.
Je blonde haar, het contrast legde ze bloot,
de gloed op je wangen, het spontane rood.
Niet te bedwingen, dat spontane gevoel,
het kleuren is iets natuurlijks, zoekt zijn doel.
Zou willen zeggen, liefkozend en charmant,
heimelijk en verleidelijk zijn verwant.
De uitdaging aan de uitdager om te reageren,
als een heer groeten en kunnen reflecteren.
De charme van een dame die makkelijk kleurt,
waar je echt geen greintje ordinair bespeurt.
Zulke dames hebben niets te verbergen,
een open boek, wat aandacht zal vergen.
MG
Liep achter je vrouwelijkheid,
jij drapeerde je veelzijdigheid.
Hoogstwaarschijnlijk mij gevoeld,
hoe mijn volgen was bedoeld.
Als een magneet die aantrekkingskracht,
jouw voorkomen, je lange haar, een pracht.
Voor het eerste woord werdt gewisseld,
zag ik ons samen, mijn gevoel gehusseld.
Gevoel werdt bewaarheid, jij draaide,
eenzelfde gevoel, handen die elkaar aaide.
Hand in hand, oog in oog, lieten niet los,
onuitspreekbare gevoelens, jouw gloss.
Verenigd, zijn elkaars beste maatjes,
samen, lak aan alle andere praatjes.
Geen doorsnee paar, is geen wonder,
onze start, was sowieso al heel bijzonder.
MG
Eerste zonlicht drong door in jouw kamer,
wakker worden ging steeds moeizamer.
Jij had ons liefdesnest al eerder verlaten,
waar wij eerder elkaar innig bezaten.
Jouw zijdezachte shawl over mij gedrapeerd,
rook je afwezigheid, hij was geparfumeerd.
Bij iedere beweging kwam je luchtje vrij,
heerlijk maar had je liever aan mijn zij.
Zijde die, begeleid door mijn hand, gleed,
meer met mijn prikkeling en gevoel deed.
Mijn ogen sloten, je shawl bleef kruipen,
kippenvel, zelfs op afstand bezorgde je mij stuipen.
MG
Je naam alweer te snel vergeten,
dertig jaar jonger, zou ik je daten.
Schatte je ouder, zo'n volwassen lach,
maakt je mooi, als je die dragen mag.
Je maakt sieraden, je bent Barista,
houdt van koken, maakt je eigen pasta.
Vind je leuk, je vertegenwoordigd jeugd,
maakt van de omstandigheden deugd.
Vrolijkheid, een lach, een mini gesprek,
visitekaartjes wissel voor ik weer vertrek.
Uit de warme cocon, terug naar de kou,
waar ik weer door de natte straten sjouw.
MG
Het strand blies en liet je waaien,
jouw blonde lokken, los, die zwaaien.
Koude handen, hield ik en verwarmde,
bij de vloedlijn, jij die mij omarmde.
Je kroop in mijn jas, in mijn warmtebron,
ik vloeide in jouw zachtheid waar het kon.
Je sneeuwwitte handen kropen in je mouw,
ijzig, blauw, bij mij ontdooide je gauw.
Ogen die staarden en uiteindelijk begrepen,
af en toe traanden en tegen de wind knepen.
Lippen, koud en stijf, die elkaar vonden,
vochtig werdt warmer, wonder der monden.
Verwarmd, omarmd, elkaar weer gevonden,
geen tijd voor nijd, zeer en oude wonden.
De horizon verdween in de golven en smoorde,
onze handen, die inmiddels gloeiden, scoorden.
MG
Mijn bestemming, jouw lot,
zonder elkaar gaan die kapot.
Liefde verzegeld, die vergezeld,
onwaarheden, ruwe randjes afgepeld.
Mijn bestemming, jouw komend leven,
niets eisen, niets willen, alleen geven.
Liefde die komt en blijft, liefde die stroomt,
liggend naast elkaar, liefde die droomt.
Het wordt onze bestemming, ons geluk,
onze getelde dagen, stuk voor stuk.
Vergezeld van elkaar, hand in hand,
onze liefde beteugelt, soms markant.
MG
Zij bewoog om mij als een zijden shawl,
sierlijk, geraffineerd en ongrijpbaar.
Haar manoeuvreren, mooiste gebaar,
bewegingen vertelden een verhaal.
Letters die de lucht kalligrafeerden,
hemelse woorden schreven liefdeszinnen.
Over oprechtheid en elkaar beminnen,
waar losbandigheid mij uitprobeerde.
Onnavolgbaar maar kwetsbaarder als glas,
zijdezacht ging aan mij voorbij, ontsnapt.
Mijn omhelzing liet los, voelde mij betrapt,
verleidelijke geuren, vluchtig als gas.
MG
Mijn handen laten je veel vergeten,
vingertoppen die met jou daten.
Mijn geurende oliën die jou inlijven,
vingers, die liefde met jou bedrijven.
Vergeten wat er fout was en verkeerd,
wat door anderen werdt gescandeerd.
Jouw fout was de goedgelovigheid,
nu door mij en mijn handen bevrijd.
Ik neem je zorgen en bezorgdheid mee,
stel je lichaam en verkrampingen tevree.
Liefde plakt aan mijn handen, olie vervoert,
onderhuids het gevaar, de paniek die loert.
Bemerk jouw sidderende lichaam wat krult,
mijn begerige vingers, die vragen vervuld.
Zie rust groeien, zie onrust verdwijnen,
ruik de conditie, voel sensueel omlijnen.
MG
Mijn liefde voor jou beteugelen,
met een hart wat graag wil vleugelen.
Wat veinsde mijn werkelijke gevoel,
het deed zich mooier voor, ander doel.
Wat was er echt, er wringt een schoen,
waar was het mij nu werkelijk om te doen.
Mijn hart wou verder, zich ontvouwen,
zich voorstellen aan andere vrouwen.
En toch was jij ergens onweerstaanbaar,
dat stukje verlangde naar inneembaar.
Eerlijkheid naar mijzelf of jou, moest kiezen,
voorlopig eerst maar mijn keuze bevriezen.
Wellicht koos jij, was ik ervan verlicht,
lafheid, sterk zijn, was nu wel mijn plicht.
Schommelen op gevoelens, instabiel,
hoe kan het dat ik op dat dubbele viel.
MG
Bij jouw voorkomen vergeleken,
zullen andere vrouwen verbleken.
Toch tref ik jou vaak aan in mineur,
kleeft er lelijks aan je, eeuwige terreur.
Je looks zijn fabelachtig en verrassend,
elke stijl die je aantrekt is passend.
En toch, die ontevredenheid, vragen,
hoe kan onzekerheid blijven knagen.
Niemand mag zich hullen in onzekerheid,
zo brokkelt alles af, raak je je charme kwijt.
Ik help je overeind, zal je altijd steunen,
jouw twijfel mag altijd op mij leunen.
Ik vertrouw op je kracht, welke je verloor,
samen krijgen we jouw geloof weer op het spoor.
MG
Je zat daar met denk, een vriendin,
mijn verassing, een denkbeeldig begin.
Je jas hing uitgeput, gedrapeerd,
een zwarte vilten hoed die trakteert.
Menigmaal, veel inkomende berichten,
je vriendin, rondkijkend zonder plichten.
Nieuwsgierig de zaal door, mij ontdekt,
duidelijk, haar gedachte die nu lekt.
Nu vier ogen mijn kant, begerige blikken,
zonder schroom staren, beetje wrikken.
Weer de telefoon, nagels verdwenen,
je mond snoeide, doen zij ook je tenen.
Lang golvend haar, naar beide kanten,
zwiepte heen en weer, bewerkte klanten.
Geïntrigeerd door je vormen, bewegingen,
kon mijn drang, het staren, niet bedwingen.
MG
Samen, lekker samen vorkje prikken,
samen, ja samen het toetje oplikken.
Samen, uit eten, lekker samen genieten,
samen, ja samen waar we verlieten.
Samen, een drankje, even proosten,
samen, ja samen blijven toasten.
Samen, hartstochtelijk creëren,
samen, ja samen volmondig fantaseren.
Samen, straks een nieuw nest opmaken,
samen, ja samen door ideeën heen raken.
Samen, kokkerellen waar we begonnen,
samen, ja samen genieten en onbezonnen.
MG
Je liet mij lustig vechten,
met zorgvuldige vlechten.
Jaren groei, jaren zorg,
mijn handen, jouw borg.
Kroelen door jouw haren,
eindeloos naar je staren.
Handen die laten voelen,
wat zij eigenlijk bedoelen.
Zij vertellen en onthullen,
wat gevoelens verhullen.
Je ziel aanraken, jouw schurk,
voel hem door je gladde jurk.
Je vrouwelijke bewegingen,
hartstochtelijke beweringen.
Ik kan niet zonder, ben bezeten,
zal onze kennismaking nooit vergeten.
MG
Volg je plannen en stappen,
lach om je ideeën en grappen.
Respecteer jouw mening en meer,
jij verblijdt en verrast steeds weer.
Maar je bent en blijft onbereikbaar,
voor niemand zelfs inwisselbaar.
Mijn geheime vuur, liefde van mijn leven,
hoe kan een docente mij liefde geven.
Liefde, eenzijdig en tot nu onbeantwoord,
kriebels en verlangens, wat mij toebehoort.
Zal ik jou kunnen benaderen, overtuigen,
ooit een wederzijds gevoel ombuigen.
Mijn professor, jouw college, mijn dromen,
jouw vrouwelijkheid, zal zij mijn kant op komen?
MG
Hoeveel verder te zoeken,
om liefde te kunnen boeken.
Hoe vaak nog miskleunen,
waar gemis blijft nadreunen.
Hoezo mijn geduld beproefd,
om te worden afgetroefd.
Hoedanig zal ik haar ontmoeten,
mijn liefde, nooit meer boeten.
Hoe dan, zal tot verleden behoren,
koste moeite, haar op te sporen.
Hoe weet ik niet precies, vooropgesteld,
ik jou zal liefhebben, dat welgeteld.
MG
Gevoelens die niet kunnen spreken,
harten, verlangens kunnen breken.
Beloften en geloften kunnen houden,
uitgesproken toen zij trouwden.
Behoed ons voor al die geheimen,
verborgen hoop onder landmijnen.
Explosief, gevaarlijk en jaloers,
openbaring en empathie, niks stoers.
Hou vast aan die geheime verwachting,
die spontane, plotselinge openbaring.
Leef, ervaar, groei maar vooral, respecteer,
je geliefde, jezelf, telkens weer.
MG
Jij vliegt mij, ik vlinder jou,
ik daag jou, jij wint trouw.
Jij stapelt mij, ik die voeg,
ik in verband, jij die vroeg.
Samen vliegen wij, horizon,
onder de radar, als dat kon.
Samen naar dat verboden oord,
zetten wij onze liefde voort.
Ik vlieg jou, afgekeken,
jij trouwt mij, wij verbleken.
Wij, in verband gestapeld,
liefde, als cement verzameld.
MG
Jij keek mij aan en naderde,
ik glimlachte en hunkerde.
Te vaak liep je voorbij,
telkens een ander aan je zij.
Nu was anders, je leek verlaten,
alleen en eenzaam door de straten.
Het moment voelde anders, lovend,
je loopje was anders, betoverend.
Schik om mij te verleiden, benaderen,
kippenvel leek te stromen door mijn aderen.
Mijn glimlach muteerde naar gestamel,
waar is het, waar ik de moed verzamel.
Doordrongen van mijn charme voor jou,
je was mijn favoriet, niet zomaar een vrouw.
Woorden die smolten, liefde die vloeide,
zoenen en streling, die zich met niets bemoeide.
MG
Zij strekte zich uit, haar vleugels wijd,
klappen der pennen, haar ochtend strijd.
Na weken vliegen, vermoeid en stram,
doorweekt inmiddels, terug naar klam.
Mijn engel met vleugels, haar laatste vlucht,
gekozen voor het aardse, een laatste zucht.
Mijn engel met vleugels, koos voor mij,
gekozen voor sterfelijkheid, aan mijn zij.
Elke maand daalde zij, telkens die reis,
onsterfelijkheid kwijt, voor een hoge prijs.
We kozen voor samen, haar vleugels blijven,
een paar, in gevleugeld en levende lijven.
Liefde wint, liefde betaald met gevolgen,
eenmaal samen, elkaar dagelijks volgen.
Een speciale cape beschermd haar armen,
mijn donsdeken, die mij altijd zal verwarmen.
MG
Jouw lauwe adem die mij deed ontwaken,
armen die niet meer uit elkaar raken.
Samen gevlochten, geen agenda vandaag,
knuffels en kusjes volgden gestaag.
Momenten als deze onderstrepen,
onze liefde, onze versmelting, onze grepen.
Houvast voor de komende periode,
we staan weer voor een spannende episode.
Samen weer een stap omhoog, spanning,
opgewonden, voorbereid, vermanning.
Een ogenschijnlijk avontuur afgerond,
wat twee jaar geleden nog in kinderschoenen stond.
MG
Zacht en glad verliet je mijn aura,
zoals een man losweekt van zijn eega.
Behoudens onze vluchtige herinneringen,
leken we vervlochten, als tweelingen.
Zonder drempels elkaar weer verkennen,
voelde als een tweede huid, hoefde niet te wennen.
Gezeefd door onze sporen, het zilte zand,
vermengd met schelpen, ons eigen strand.
Ons huis, drie palen met een puntig zeil,
alleen oog voor onze lusten, ons peil.
Eb en vloed negeerden wij, kopje onder,
niet in zee maar in jouw prachtige wonder.
Dagen vervlogen, nachten kwamen,
wij deelden, wij ervaarden ze samen.
Tijd, getij, alles vloeide over in elkaar,
jouw vormen, je eigenwijze haar.
Dagen droomden we en onze nachten,
lieten we langzaam aan verzachten.
Ons liefdesspel bevatte geen limieten,
we gingen verder waar we haar eerder lieten.
MG
Gespreide armen, als jouw omhelzing,
een veren tooi, bevleugelde verrijking.
Sla ze uit, kom los en drijf voort,
op de luchtlagen, waar thermiek scoort.
Boven landerijen zullen wij onze vleugels,
moeten laten slaan, als het ware onze teugels.
Warme steden zullen ons doen rijzen,
hoogtes bereiken, onze vlucht doen prijzen.
Mee op de luchtlagen, naar andere landen,
waar wij uiteindelijk zullen stranden.
Met de seizoenen gevlogen en ingehaald,
herfst en winter verlaten en achterhaald.
Ons nest, gebouwd onder deze luchten,
toekomst voor onze gedragen vruchten.
Wij zullen altijd samen blijven vliegen,
nesten bouwen, onze jongen wiegen.
MG
Zoals de wind haar wolken neemt,
zo vluchtig, jij van mij ontvreemd.
Ideologie maakte plaats voor ironie,
jou uiteindelijk kwijtraken, door jaloezie.
Vertrouwen en respect hielden geen stand,
in een affaire met gemene woorden beland.
Wantrouwen omgezet in haat, deden teniet,
aangeprate leugens, deden dat jij mij verliet.
Nooit meer samen ontwaken en ontbijten,
eenzaam, vol verdriet mijn dagen slijten.
Onze handen zullen elkaar niet meer vinden,
wat rest, een pleister om mijn wond te verbinden.
MG
Waarom hielp je mij vergeten,
morgen zal ik veranderen en het weten.
Wie hielp mij te begrijpen en leren,
niemand zal mij leren te verteren.
De gooi naar de troon, het eeuwige succes,
de teleurstelling zal zijn, mijn eeuwige les.
Geen angst meer, het eigen vertrouwen,
ondanks verdrinking, mijzelf ontvouwen.
De openbaring, jouw eigen spiegelbeeld,
een evenaring, een beeld wat niet veel scheelt.
Hoe triest de wereld ook huilt, ik zeg vaarwel,
onhoudbaar zijn mijn gevoelens, hemel en hel.
Laat mij nooit meer vergeten, laat mij bloeien,
dan maar eindeloos, zonder succes mijzelf uitroeien.
Voor altijd met jou leven, laat mij bloeien en ons groeien,
sterven voor de liefde kan altijd, laat ons met het leven stoeien.
MG
Waar vogelgeluiden winnen,
rust en eenvoud elkaar beminnen.
Waar wortels en aarde omarmen,
liefde en genegenheid verwarmen.
Daar wil ik zijn en meedrinken,
uit de wanhoop waar wij klinken.
Daar wil ik tevredenheid ontmoeten,
los van, waar kift en nijd wroeten.
Hier, temidden van geliefden en lust,
wil ik je hart strelen, wat mij kust.
Hier, hier alleen met mijzelf en jouw troost,
trots zijn op onze kinderen en hun kroost.
Als ik ergens voor moet kiezen,
kies ik voor jou, zonder te verliezen.
Als ik ergens voor moet waken,
kies ik daar, waar ik je nooit kwijt zal raken.
Waar is dat daar, waar is die veilige haven,
waar onze liefde de baas is van haar gaven.
MG
Op zoek naar mijn coupé,
gereserveerd, voor twee.
Mijn blind date reist mee,
zoveel ruimte, erg tevree.
Een dame meld zich, ik wenk,
haar schoonheid, een geschenk.
Gauw volgde een gesprek,
aan onderwerpen geen gebrek.
Een volgende dame, tinder,
knikte, was de eerlijke vinder.
Naast en tegenover mij, blikken,
wilde beiden op mij mikken.
Beiden geïnteresseerd,
nog nooit met twee geprobeerd.
Jaloezieën bewogen neerwaarts,
in hun bijzijn vond ik mijn plaats.
MG
Nog eenmaal in jouw armen,
mij moeiteloos verwarmen.
De keerzijde van ons geluk,
dacht, het kan nooit meer stuk.
Jij jaagt op iets ongrijpbaars,
een schim, iets barbaars.
Ooit viel jij op die crimineel,
laat nu niets van ons heel.
Hij heeft je een nacht gebruikt,
dat je nu in dit avontuur duikt.
Mijn waarschuwingen negeren,
wilde jouw gevoelens keren.
Het onmogelijke werdt bewaarheid,
de enige, echte, eerlijke realiteit.
Restjes van jou zal ik bewaren, herinneren,
jouw geurtjes die je afwezigheid markeren.
MG
Die geheime glimlach,
voor iedereen verborgen.
Verteld dat ik straks mag,
en dan, ben ik verloren.
Eindelijk een ja, gelukkig,
kansen die plotseling keren.
Lang wachten maakte nukkig,
hoef niet langer te proberen.
Dromen over jou is verleden,
vanaf nu voor altijd samen.
Wat was behoort nu tot heden,
onze belevenissen die dat beamen.
MG
Zoals het haar van een galopperend paard,
hupste jouw bewegingen en paardenstaart.
Het dansen van je heupen betoverd,
mijn hart, door het jouwe veroverd.
Je proeft zoet, naar verboden vruchten,
onze zoenen duurden, zonder te zuchten.
Samen vloeiend, als een verstrengeld paar,
gecharmeerd van jouw glanzende haar.
Onuitputtelijk was onze liefde, eindeloos,
niets verwelkte, jij, mijn bloeiende roos.
Zoals de liefde ooit kwam, verdween hij ook,
je raakte plots van een ander van de kook.
Jouw liefde bleek vluchtig, als gas ontsnapt,
het mijne bleek broos, ben sindsdien geknakt.
Nooit meer raakte iemand mij zo, tot extase,
kortstondige relaties, elk een beperkte fase.
MG
Jij koos mij, ik had al gekozen,
spontaan, zonder te blozen.
Eenmaal gekozen, krijg je alle stukken,
de liefde, wonden en de nukken.
Geef hieraan jouw vorm, niet de strijd,
als je een kopie wilt, raak je de liefde kwijt.
Accepteer, aanvaardt en vergroei,
zo behoudt je liefde, eeuwige bloei.
MG
Hij vroeg haar zonder aarzelen,
onverstaanbaar, leek te bazelen.
Maar zijn gestamel deed er niet toe,
zoete zwijmelarij was bij haar taboe.
Onnavolgbare slecht uitgesproken zinnen,
waar hij kenbaar maakte, haar te winnen.
De toon, de tederheid deed haar bezwijken,
hoefde alleen maar naar haar te reiken.
Zonder veel woorden, maakte hij haar het hof,
zijn woorden glommen, sprankelden en waren nimmer dof.
Als een echte gentleman liet hij haar voelen,
dat is nou, wat ze met respect bedoelen.
MG